Verklein uw investeringen, uitgaven en CO2-footprint met DCIM

door Rogier den Boer |

De druk op datacenters neemt enorm toe. Trends als cloud computing, mobility en het Internet of Things zorgen voor een sterk groeiend dataverkeer. Veel datacenters zien zich genoodzaakt tot het doen van grote investeringen om aan de vraag te kunnen blijven voldoen. Tegelijkertijd rijzen de energiekosten de pan uit. Hoe krijgt u weer grip op de uitgaven voor uw datacenter?

De datagroeicijfers zijn allesbehalve kinderachtig. Volgens IDC is in 2016 zowel de cloudinfrastructuur als het aantal intelligente apparaten verdubbeld. In 2017 is het aantal cloudapps zelfs vertienvoudigd ten opzichte van nu. Dat alles zorgt voor een geweldige data-explosie. Door die toenemende druk op datacenters staan veel bedrijven voor een keuze: doormodderen met de huidige capaciteit of investeren in infrastructuur? Het is een keuze tussen twee kwaden: overbelasting leidt tot downtime en trage dienstverlening, maar voor investeringen is niet altijd budget voorhanden. Gelukkig is er een goede middenweg: het efficiënter benutten van de huidige capaciteit.

Dat kan echter alleen met een zeer fijnmazige controle op zowel de IT-assets als facilitaire zaken zoals koeling, rackruimte en stroom. DCIM (Datacenter Infrastructure Management) biedt hier uitkomst. Het geeft operationeel management een enorm waardevolle en krachtige tool in handen voor capaciteitsbeheer. Het maakt verloren capaciteit zichtbaar. Dat is waardevol, want daaruit kan blijken dat de huidige IT-middelen afdoende zijn en dus niet geïnvesteerd hoeft te worden in nieuwe IT-assets. Voor veel organisaties is dat een eye-opener, want volgens IDC is voor 75 procent van de rekencentra 25 procent van hun IT 'onzichtbaar'. En wat je niet kunt zien, kun je ook niet beheren en optimaal inzetten.

Downtime voorkomen

Maar DCIM doet meer dan optimalisatie van capaciteitsbeheer. Het verkleint namelijk ook kostbare downtime. Beheerders hebben met DCIM een veel beter zicht hebben op de activa, verbruik en connectiviteit. DCIM verkleint bovendien de benodigde hoeveelheid manuele handelingen, wat de kans op menselijke fouten verkleint.

DCIM geeft beheerders de beschikking over 'actionable', betekenisvolle data. Zo kunnen zij op basis van de uitgelezen meetgegevens preventief onderhoud uitvoeren, nog voor storingen plaatsvinden. Bovendien maakt het centrale aansturing vanuit één portal mogelijk, wat tijd bespaart.

Energiekosten

Ten slotte biedt DCIM het hoofd aan de continue uitdaging van een zo gunstig mogelijke verhouding tussen het energieverbruik van de IT en dat van facilitaire zaken als koeling (ook wel aangeduid als Power Usage Effectiveness, oftewel PUE). Dankzij de uitgebreid beheer en monitoring kunnen de operationele beheerders hun beschikbare resources veel efficiënter benutten, wat de PUE verlaagt. Bovendien hebben zij dankzij de real-time monitoring van het energieverbruik van alle assets veel meer grip op datzelfde verbruik. Het brengt het energieverbruik in kaart en doet waar mogelijk suggesties voor verbetering. Dat mes snijdt aan twee kanten: terwijl u vele euro's aan energie uitspaart, werkt u ook mee aan het verlagen van de CO₂-footprint en daarmee aan een beter milieu.

Investeren in de toekomst

Natuurlijk is DCIM zelf ook een investering. Maar met een groeiende druk op de IT-resources is het maximaal benutten van de beschikbare middelen, terugdringen van de energierekening en het verkleinen van menselijke fouten van groot belang. Dat voorkomt downtime, 'wildgroei' van het datacenter en onnodig stroomverbruik. Het investeren in DCIM is dan ook een investering in de toekomst, een die zichzelf terugverdient.

Rogier den Boer is DCIM Sales Manager Europe at CommScope